Sanne en Angela: ‘Paradiso zoekt altijd de grenzen op’

iliketowatchtoo

Naam: Sanne Lohof en Angela Tabak
Leeftijd: 33 en 28
Beroep: publiciteit Paradiso en producent Paradiso

“Moesten we nou buiten wachten of ons hier al melden?” Ik zit op een bankje bij de receptie in Paradiso, terwijl er twee bijna hyperventilerende tienermeisjes binnenkomen. Buiten heeft zich al een flinke rij fans verzameld. Ik vraag me af wie er vanavond in de Grote Zaal staat. “Voor de meet en greet?” Vraagt het meisje achter de balie vriendelijk. “Als jullie nog even vijftien minuutjes buiten kunnen wachten, dan worden jullie zo opgehaald!” De meisjes knikken en verdwijnen opgewonden door de zijingang naar buiten. Na een paar minuten ben ik aan de beurt. “Ben jij Linda?” Vraagt Sanne Lohof, verantwoordelijk voor de afdeling publiciteit in Paradiso. “We kunnen beneden wel even zitten,” stel Angela Tabak voor, die in Paradiso de productie regelt. Samen organiseren Sanne en Angela onder andere het dans en performancekunst festival I Like To Watch Too, dat op 6 en 7 juli plaatsvindt in de Amsterdamse poptempel.

Wat wilden jullie vroeger worden?
S: “Ik wilde vroeger onderwater onderzoekster worden, vooral omdat ik de term zo leuk vond. Ik heb later in mijn studie wel iets gedaan met natuur, milieu en onderzoek. Uiteindelijk is het daarna iets totaal anders geworden.”
A: “Ik had nooit echt een duidelijk beeld van mijn droombaan; ik wilde als kind gewoon heel rijk worden. (lachend) Wat dat betreft had ik geen slechtere industrie kunnen kiezen. Maar rijk worden is absoluut geen doel meer.”

Wat hebben jullie precies gestudeerd?
A: “Ik heb internationale bedrijfskunde gestudeerd in Rotterdam.”
S: “Ik ben begonnen met tropisch landgebruik in Wageningen, maar ik ben uiteindelijk de communicatiekant opgegaan met natuur en milieu.”

Jullie studiekeuze lijkt toch deels iets weg te hebben van jullie vroegere droombaan.
A: “Ja, met mijn studie kun je natuurlijk heel rijk worden. Toen ik wat ouder werd veranderde dat beeld een beetje, toen wilde ik een heel succesvolle zakenvrouw worden met veel macht.”
S: (lachend) “Er gaat hier echt een wereld voor me open! Heel leuk.”

En na de studie? Wat was jullie plan?
S: “Een baan vinden! Na mijn studie zocht ik iets in de communicatiesector, maar wel in die natuur – en milieuhoek. Eigenlijk was ik er toen al achter dat dat niet was wat ik echt leuk vond. Ik was heel hard op zoek naar werk, maar heb drie maanden een zwart gat gehad. Al die tijd heb je hard gestudeerd, en plotseling is er niemand die jou aanneemt. Echt deprimerend af en toe. Tot ik een vacature tegenkwam in de culturele sector. In mijn vrije tijd deed ik altijd al veel met kunst en cultuur. Het klinkt heel stom, maar ik had gewoon nooit beseft dat ik mijn studie met mijn hobby zou kunnen combineren.”
A: “Bij mij was het een beetje hetzelfde. Ik kwam er wel vrij vroeg achter dat ik organiseren heel leuk vond. Daarnaast ging ik tijdens mijn studie vaak naar het theater en wilde ik graag weten wat er op cultureel gebied in de stad te doen was. Een groot bedrijf waar je allemaal als grijze mussen in pak moest rondlopen trok me toen al niet meer zo. Ik deed universiteit, dus een stage was niet verplicht. Toch ben ik stage gaan lopen, omdat ik de praktische vertaalslag miste. Ik heb uiteindelijk een stage gedaan bij een festival in Amsterdam. Daar kon ik een stukje bedrijfskunde, project management en zakelijk verstand met de creatieve sector combineren. Toen merkte ik: dit vind ik echt heel leuk.”

Hoe lang werken jullie inmiddels in Paradiso?
S: “Ik nu elf maanden. Jij werkt er al langer, toch?”
A: “Klopt, tweeënhalf jaar.”
S: “Ik heb eerst nog in Deventer gewerkt, in de culturele sector. Dit is nu mijn vijfde baan, maar ik heb veel banen tegelijk gehad. Deeltijdbanen komen veel voor in de culturele sector.”
A: “Wat je ook merkt in deze sector is dat mensen veel interesses hebben. Ze willen zich ontwikkelen en nieuwe dingen ervaren. Dat is ook goed voor je werk, je moet je laten inspireren. Daarom vinden veel mensen het prettig om twee dagen bij het ene bedrijf te werken en drie dagen bij iets anders.”
S: (knikt instemmend) “Ja. Ik deed bijvoorbeeld hetzelfde werk, maar dan bij drie verschillende regionale instellingen. Dan kun je heel gemakkelijk dwarsverbanden leggen. Als je iets bij het ene bedrijf al gedaan hebt, kun je dat makkelijker toepassen bij een ander bedrijf. Ik vond het zelf wel efficiënt werken.”

Wat is jullie specifieke taak hier in Paradiso? Jullie doen niet hetzelfde.
S: “Nee, klopt. We werken wel heel veel samen. Ik doe marketing en publiciteit: perscontact, website, publiciteitsmateriaal produceren.”
A: “De hoofdmoot in Paradiso zijn concerten en feesten. Wij vallen in de categorie bijzondere programma’s. Dat is onder andere theater, dans, beeldende kunst. Sanne doet daar de publiciteit voor, ik doe meer de productiekant. Bij productie denken mensen vaak meteen aan technische dingen, daar hou ik me eerlijk gezegd niet zoveel mee bezig. Het is in mijn geval een soort projectmanagement, omdat ik de productie van verschillende projecten doe. Ik houd me bezig met budgetten en maak begrotingen, ik moet ervoor zorgen dat er genoeg geld is.”

I Like To Watch Too is één van die projecten in Paradiso.
A: “Klopt. I Like To Watch Too is een dans en performancekunst festival waar veel jong talent de kans krijgt om zichzelf te laten zien. Het bestaat al een tijdje, dit jaar wordt het voor de achtste keer georganiseerd. Het valt onder het internationale dansfestival Julidans. De organisatie van Julidans en van Paradiso wilden dat Paradiso zelf onderdeel zou worden van het festival. Daarom werd er een soort minifestival bedacht, waar uiteindelijk I Like To Watch Too uitkwam.”

Wat maakt I Like To Watch Too zo bijzonder?
A: “Paradiso is natuurlijk geen mainstream theater. Tijdens I Like To Watch Too zijn er kortere stukken op één avond te zien. Mensen kunnen gewoon in en uit lopen, daardoor ontstaat er een vrije en spontane sfeer. Er is vaak jong talent te zien, het spreekt net weer een andere doelgroep aan. Meestal publiek dat vaker in Paradiso komt. Voor echte danskenners is het natuurlijk ook een aanrader.”
S: “Ja, er vinden performances plaats op het podium, maar het kan ook op een andere plek gebeuren. Soms totaal onverwachts. De verhouding tussen publiek en performers is anders dan wanneer je dat bijvoorbeeld in de Stadsschouwburg hebt. Het levert een bepaalde spanning op voor het publiek.”
A: “Het zoekt ook de grenzen op. Hoe ver kun je gaan in het programmeren van zo’n festival?”

Hebben jullie zelf ook iets met dans en performancekunst?
A: “Dat is langzamerhand gegroeid. Ik ben nu toevallig voor Paradiso veel met dans bezig. Nu ik hier werk ben ik er met een andere bril naar gaan kijken en merk ik snel wanneer iets goed is en wanneer niet. Ik vind dans een heel leuke kunstdiscipline. Het combineert allerlei andere disciplines, zoals theater en muziek. En jij, Sanne?”
S: “Ik ging al vaak naar dansvoorstellingen, zoals moderne dans. Maar zeker niets dat zo spannend is als wat er op I Like To Watch Too staat. Ik merk dat ik nu nog meer gefascineerd ben door dans en er meer mee bezig ben. Van performancekunst had ik het minst kaas gegeten, maar door mijn werk hier leer ik het steeds meer waarderen.”

Wat zijn de grootste obstakels waar je tegenaan loopt als jullie bezig zijn met dit soort projecten?
A: “Producenten zeggen altijd: ‘Het gaat nooit zoals je wilt’. Ik maak bijvoorbeeld geen echte planning meer, je moet heel flexibel zijn. Je moet brandjes kunnen blussen en niet meteen in paniek raken.”
S: “Daarom bewonder ik jouw functie ontzettend.”
A: (lachend) “Nou ja, het valt ook allemaal wel mee, hoor.”
S: “Bij publiciteit in de culturele sector heb je altijd te maken met een beperkt budget, beperkte middelen en beperkte tijd. De kracht van de culturele sector is dat we ontzettend veel gedaan kunnen krijgen voor bizar weinig geld, echt bizar weinig geld. Helemaal als je het met de commerciële sector vergelijkt.”

Tot slot: hebben jullie nog tips voor studenten en starters?
S: “Volg je hart, doe wat je leuk vindt. Een collega zei dat gisteren, dat vond ik wel heel mooi: doe in elk geval de richting die je leuk vindt. Als je doet wat je leuk vindt komen er soms dingen op je pad waar je van te voren niet van wist. Wees proactief. Er zijn zoveel dingen mogelijk als je uitgaat van wat je wilt en leuk vindt. Enthousiasme en passie moet eruit springen. Als wij met stagiaires spreken is dat ook iets waar wij op letten. Want: wil deze persoon het wel echt?”
A: “Het klinkt misschien cliché, maar hard werken is heel belangrijk. Als je bijvoorbeeld stage loopt: doe nèt iets meer dan wat er van je wordt verwacht. Toon initiatief. Als je heel hard werkt, kom je er echt wel.”
S: “Klopt. Mee eens!”

I Like To Watch Too is een dans en performancekunst festival in Paradiso in Amsterdam. Het festival vindt plaats op 6 en 7 juli 2013 en is een onderdeel  van het internationale dansfestival Julidans.
Entree:  €15,- voor een daglidmaatschap en €9,- voor studenten en CJP pashouders. Kijk op de site voor meer informatie.

Geef een reactie