Naam: Sigrid Boelens
Leeftijd: 29
Beroep: verkoopt vonkjes en inspiratietaart
Ja, ik hoor het je denken: is dat een beroep? Misschien niet, maar daar heeft Sigrid Boelens zelf verandering in gebracht. Kan dat wel? Jazeker. Ik stuitte een tijdje geleden op de site van Sigrid via Facebook. Vonkjes, inspiratietaart… Klonk leuk, maar hoe gaat dat in zijn werk? Ik besloot contact op te nemen en haar te vragen of ze een interview wilde doen. En dat wilde ze.
Op de dag van het interview zitten we in één van de workshopruimtes in een gebouw vlakbij het Museumplein. Daar zit ook haar eigen bedrijfje, Bureau Boel. Met behulp van intuïtie en praktische tips wil Sigrid individuen en teams op de werkvloer laten zien dat ze briljant zijn. Zie ook dit filmfragment, waarin Sigrid in een peptalk kort uitlegt wat ‘briljant zijn’ precies is.
Wat wilde je vroeger worden?
S: (lachend) “Dat is vrij gênant. Ik wilde vroeger koningin worden. Dat was mijn plan. Tot het duidelijk werd dat ik dan met Willem Alexander moest trouwen… Die is natuurlijk wat ouder, en ik vond hem niet heel aantrekkelijk. Toen dacht ik: ‘Nee, dat gaat ‘m niet worden.’”
Wat heb je uiteindelijk gestudeerd?
S: “Beleid en Organisatiewetenschappen. Van te voren heb ik bij een tal van studies gekeken: natuurkunde, technische bedrijfskunde, psychologie… Uiteindelijk werd het toch Beleid en Organisatiewetenschappen. Het is een heel brede studie en het gaat voornamelijk over mensen binnen een bedrijf.”
En na je studie? Wat was het plan?
S: “Na mijn afstuderen wist ik één ding zeker: ik wilde naar Afrika. Ik ben een half jaar naar Afrika geweest. Ik heb in Gambia gezeten waar ik een bibliotheekje heb op gezet. Later ging ik door naar Ghana, waar ik in een hutje heb gewoond. Ze spraken daar geen Engels, er was geen stroom, geen Internet, geen water. Daar had ik besloten dat ik de wereld wilde redden. Hoe? Dat wist ik toen nog niet. Rond die tijd was Al Gore opgestaan en wilde iedereen opeens de wereld redden. Eenmaal terug uit Afrika merkte ik al snel dat functies die te maken hadden met bijvoorbeeld ontwikkelingssamenwerking en duurzaamheid opeens helemaal hot waren.”
Wat ben je toen eerst gaan doen?
S: “Tijdens mijn studententijd had ik al eens samengewerkt met TNT. Toen ik terugkwam uit Afrika wilden ze me graag hebben. Ik ben uiteindelijk op de afdeling Duurzaam Ondernemen trainee geworden, dat heb ik bijna twee jaar gedaan. Daarna ben ik intern overgestapt naar Gedragsverandering. Daar heb ik anderhalf jaar gewerkt.”
Was dat leuk?
S: “Ja, ik heb het daar heel erg naar mijn zin gehad. Toch heb ik altijd een beetje lopen struggelen. Dat kwam doordat ik altijd alles voelde en mee naar huis nam. Ik was veel te sensitief. Ik kon me er ’s avonds nog heel lang druk over maken. Achteraf begrijp ik het, maar toen absoluut niet. Ik dacht dat ik killer moest worden en het moest leren loslaten.”
Hoe is dat na TNT gegaan?
S: “Ik ben toen eerst naar het buitenland gegaan. Dat was eigenlijk puur omdat mijn vriendje naar het buitenland kon. We gingen naar Zwitserland. Daar heb ik negen maanden gewoond en gewerkt. Bij PwC, als consultant. Op de afdeling People and Change, dus wel weer in die veranderhoek. De laatste vier maanden heb ik bij een klant gewerkt, Credit Suisse. Daar liep ik weer tegen dezelfde problemen aan, en nog heftiger: het was nog stijver, nog hiërarchischer. Toen dacht ik: ‘Als ik terug ben in Nederland ga ik de baan van m’n dromen zoeken.’ En toen ben ik per ongeluk ondernemer geworden.”
Per ongeluk? Leg dat eens uit.
S: “Ik was daarna nog drie maanden op vakantie geweest met mijn vriend. Van die reis heb ik een film gemaakt. Ik maakt altijd graag filmpjes en heb dat in mijn tijd bij TNT ook veel gedaan. Daarna ben ik vrijwillig filmpjes blijven maken. Eén van die filmpjes, van een straatvoetbaltoernooi op de Zuidas, is uiteindelijk terecht gekomen bij de gemeente Dordrecht. Die vroegen toen of ik hun beleidsdocument wilde verfilmen. Daarom ben ik naar de Kamer van Koophandel gegaan. Toen kwam er nog een opdracht bij de ABN Amro achteraan: zij werden hoofdsponsor van de Dutch Designweek en ik mocht hen daar bij helpen. Ik heb met mezelf afgesproken dat ik een half jaar lang zou kijken of het leuk was en zo niet, dan zou ik ermee stoppen.”
En? Beviel het?
S: “Die zomer kwam ik er achter waarom ik er zoveel moeite mee had om mijn mond te houden en niet zo sensitief te zijn. Ik kan meer zien en meer voelen dan andere mensen. Het heeft uiteindelijk nog een jaar geduurd voor ik daar mijn werk van durfde te maken.”
Het is ook een grote stap om op die manier voor jezelf te beginnen.
S: “Zeker. Het is niet iets wat je van de één op andere dag kunt doen. Ik heb eerst mezelf afgevraagd wat ik dan anders voelde dan andere mensen en wat ik er precies mee kon. Ik merkte al vrij snel dat wanneer ik andere mensen vertelde wat ik bij hen voelde, zij daar vaak wat aan hadden. Toen dacht ik: ‘als ik dat kan doen, dan wordt het heel leuk.’”
Hoe heb je dat aangepakt?
S: “Ik heb eerst Bureau Boel opgezet. Dat was gewoon mijn bureau, zonder direct plan. Ik wilde absoluut geen coach worden, daar had ik heel veel vooroordelen over.” (lachend) “Als je mijn inschrijving bekijkt bij Kamer van Koophandel staat er alles behalve dat wat ik nu doe: mensen coachen.”
Kun je uitleggen wat je precies doet?
S: “Ik coach en ik train, en ik geef lezingen. Die gaan over gevoel: over je hart, je hoofd, over piekeren, hoe je keuzes kunt maken, hoe je kunt vinden wat je leuk vindt. Kortom: hoe je meer kunt leren luisteren naar je intuïtie. Enerzijds doe ik dat in coaching, door middel van gesprekken met individuen. Daarin help ik ze ontdekken wie zij zijn, wat zij leuk vinden en waarom ze bijvoorbeeld heel lang iets gedaan hebben wat ze niet leuk vonden. Anderzijds geef ik trainingen: dat doe ik in groepen. Bijvoorbeeld bedrijfstrainingen, zodat werknemers elkaar beter leren begrijpen. Ik zou het heel leuk vinden om nog meer lezingen te geven over wat ik zie gebeuren en hoe het voor iedereen een stuk makkelijker zou kunnen zijn. Dat is ook een beetje mijn droom.”
Zijn er obstakels waar je wel eens tegenaan loopt?
S: “Ik vind het wel heel spannend om hardop te zeggen wat ik nu doe. Mijn grote uitdaging zit ‘m in het kwetsbaar zijn. Als ik echt wil vertellen wat ik doe, dan doe ik eigenlijk iets heel geks. Maar voor mij is het een beetje zoeken in welke hoek ik zit. Ik wil niet in de spirituele hoek komen en ik werk ook niet via een methode. Ik heb geen coachopleiding gedaan. Dat vind ik het spannendst. Er zijn wel eens momenten dat ik liever een baas had gehad en een vast salaris. Ik doe het allemaal zelf. Ik moet mijn geld verdienen, ik ben verantwoordelijk. Ik verbind overal mijn gezicht aan. ”
Je werkt met veel verschillende mensen: zijn er ook wel eens individuen of groepen waarin het niet werkt?
S: “Gelukkig wordt bijna iedereen waar ik mee werk ook heel kwetsbaar. Omdat ik mezelf zo kwetsbaar opstel, werkt het goed. Mensen gaan dan niet snel in de aanval en stellen zich open. Er gebeurt altijd wel iets. De ene keer is het heel kwetsbaar, de andere keer is er zo’n positieve vibe dat iedereen huppelend de deur uitgaat… Er wordt altijd iets teweeg gebracht. Er zat een keer een jongen bij mij in de workshop die eerlijk toegaf dat hij niet zoveel had met mijn manier van werken. Dat vind ik helemaal niet erg. Maar hij gaf wel toe dat hij iets geleerd had over zijn eerste indruk. Dat is ook wel weer gaaf. Zolang je er maar iets nuttigs uit kunt halen voor jezelf.”
Omdat Sigrid geen coachopleiding heeft gedaan en niet met vaste methodes of via een vast aantal afspraken werkt, is ze ervan overtuigd dat het absoluut niet voor iedereen de juiste manier is. “En gelukkig maar,” zegt ze lachend, “Want dan zou ik met iedereen in gesprek moeten, dat gaat niet! Ik ben blij dat ik op deze manier een alternatief kan bieden aan de mensen waarvoor dit wel goed werkt.”
Kun je nu wel afstand nemen van je werk? Neem je het nog mee naar huis?
S: “Nee, helemaal niet meer. Ik draag het minder bij me, juist omdat ik er iets mee doe. Ik kan het nu inzetten. Ik heb me nog nooit zo opgeruimd gevoeld. Ik kon vroeger wel tegen de hele wereld zeggen dat ze moesten gaan doen wat ze leuk vonden, maar als ik dat zelf niet doe luistert niemand. Het was eigenlijke en aaneenschakeling van wat stuk voor stuk onverstandige keuzes leken: m’n keuze om naar Afrika te gaan, m’n keuze om toch die film voor gemeente Dordrecht te maken, m’n keuze om hardop te zeggen wat ik doe en wie ik ben… Allemaal onverstandige keuzes. In mijn hoofd gaat het dan van: ‘Je bent gek. Dwaas.’ Maar altijd als ik zo’n onverstandige keuze maak, pakt ‘ie eigenlijk heel goed uit.”
Tot slot: heb je nog tips voor studenten of starters?
S: “Jazeker. Er is een waanzinnige quote van Steve Jobs, waarin hij stelt dat je moet blijven zoeken. Ook al heb je iets gevonden, blijf zoeken. Op een gegeven moment weet je hart dat je het gevonden hebt. Ik geloof er heilig in dat het zo gaat zijn. Er zijn twee dingen die heel erg helpen in die zoektocht. Ten eerste: kijk eens terug naar de dingen die je geweldig vond om te doen. Bijvoorbeeld organiseren, schrijven, in de zon zitten, met mensen zijn. Bedenk wat je leuk vindt om te doen. Ten tweede: probeer altijd te kiezen voor waar je zin in hebt. Je intuïtie weet precies waar je moet zijn. Als je dan bijvoorbeeld bij jezelf denkt: ‘maar ik moet toch ook geld verdienen?’ Maak dan deals met je hoofd. Dat je tot een bepaalde tijd niet hoeft te werken, omdat je het tot die tijd financieel wel redt. Of dat je twee dagen per week gaat werken, maar dat dat geen werk hoeft te zijn wat je leuk vindt. Maak deals om het gepieker in je hoofd tot rust te manen. Zo maak ik nu mijn keuzes!” Linda Roos
Pingback: Droombaan of dream on? - Droombaan