Grafisch ontwerper Anne Kraak: ‘Ik wil iets maken waar ik trots op kan zijn’

annekraak

Naam: Anne Kraak
Leeftijd: 32
Beroep: grafisch ontwerper Kraakmakend Ontwerp

Ongeveer een maand geleden was ik bij een familiefeest van de familie van mijn moeders’ kant. Ik heb enorm veel oudooms en oudtantes, die dan allemaal willen weten van wie ik ook alweer een dochter ben en wat ik nu precies doe.
“Nou, ik ben bijna afgestudeerd. Alleen mijn scriptie nog!”
– “Och kind, wat goed!”
“En ik ben onlangs een blog begonnen waarop ik mensen interview over hun beroep.”
Ja, netwerken kan heel dichtbij: gewoon binnen de familie. Er bleek meer creatief talent in mijn familie te zitten dan ik aanvankelijk dacht. Mijn tante, die bovenstaand gesprek toevallig opving, draaide zich om naar mij: “Misschien kun je Anne Kraak interviewen, die ontwerpt! Haar bedrijfje doet het heel goed.” Anne Kraak bleek mijn achternicht te zijn. Ze is grafisch ontwerper en heeft een eigen bedrijfje, gevestigd in Rotterdam: Kraakmakend Ontwerp. Voor ons interview bezocht ik haar in haar eigen studio in Nieuw-Mathenesse, een polder en bedrijventerrein op de grens van Rotterdam en Schiedam.

Wat wilde je vroeger worden, als klein meisje?
A: (lachend) “Grafisch ontwerper! Nee, ik wist eigenlijk heel lang niet wat ik wilde worden. Toen ik veertien was kreeg ik een boek van mijn moeder waar beroepen in stonden. ‘Dan kun je een beetje kijken wat het inhoudt,’ zei ze. Op school moest ik toen een beroepentest doen. Daar kwamen drie dingen uit: laborante, grafisch ontwerper en kok. Dat lijken heel verschillende dingen, maar tegelijkertijd hebben ze alle drie met ingrediënten en creativiteit te maken.”

Uiteindelijk werd het toch grafisch ontwerper.
A: “Klopt. Ik tekende altijd al graag, daar wilde ik iets mee doen. Ik heb toen de kunstacademie in Utrecht bezocht, maar dat vond ik wat te wazig. Het was een beetje een aanklooi-en-fröbel-academie. Die manier ligt mij niet zo. Ik ben daarom eerst naar het Grafisch Lyceum gegaan: daar leiden ze je op tot grafisch ontwerper. Je leert dan alle programma’s, dat leer je niet op een kunstacademie. Ik bezocht in het derde jaar van het Grafisch Lyceum een aantal andere academies. Die van Rotterdam sprak mij het meeste aan, en dan vooral de opleiding Advertising. Dit was een dagopleiding van vier jaar, voornamelijk toegepast op het bedenken van ideeën en concepten.”

En beviel de opleiding?
A: “Ik heb het een half jaar gedaan, maar uiteindelijk vond ik het toch niet leuk genoeg. Je mocht alleen concepten bedenken. Je bedacht iets, maakte een lelijke schets en dat was het dan. Op naar het volgende project. Je mocht niks uitwerken, terwijl ik dat juist het belangrijkst vind. Je kunt wel een goed idee hebben, maar als de uitwerking niet netjes is heb je er nog niets aan. Toen ben ik weer overgestapt naar grafisch ontwerpen, dat heb ik afgemaakt. Ik heb daarna vier jaar voor een baas gewerkt en ben vervolgens voor mezelf begonnen.”

Hoe kwam je erop om voor jezelf te beginnen?
A: “Na het afstuderen had ik twee bezorgde ouders die riepen dat ik een vaste baan moest vinden. Ik besloot dat maar te doen, want: hoe begin je voor jezelf? Dat is moeilijk. Ik heb eerst een jaar bij een vrij klein reclamebureau gewerkt. Daar werden sieraden gefotografeerd van allerlei grote merken, zoals Otazu. Dat was heel leerzaam. Toch beviel het uiteindelijk niet zo, omdat het niet echt klikte tussen mij en mijn baas. Daarom ben ik wat anders gaan zoeken.”

Waar ben je toen terecht gekomen?
A: “Bij een reclamebureau dat voornamelijk in de vastgoedbranche werkzaam was. Die ontwerpen gebiedscommunicatie; denk aan logo’s, websites,  bouwborden, brochures, dat soort dingen. Jammer genoeg was mijn baas van de oude stempel: na vijf jaar was het pas mogelijk om art director te worden, daarvoor beteken je niets. Daarnaast waren de dingen die ik moest maken totaal niet mijn smaak. Je bent continue met projecten bezig waar je je ei niet in kwijt kunt, je wordt ontzettend klein gehouden. Ik wilde gewoon art director worden, het liefst al na een half jaar. Het ging me niet snel genoeg. Na twee jaar ben ik daar gestopt en ben ik voor mezelf begonnen.”

Hoe ging dat, voor jezelf beginnen?
A: “Ik ben begonnen met drie dagen voor mezelf werken, en twee dagen voor een baas. Dat heb ik drie maanden lang zo gedaan. Op dat moment ging het best wel slecht met het reclamebureau waar ik werkte. Mijn baas vroeg me of het niet tijd werd om te stoppen. Ik vond het wel prima, en vanaf dat moment ben ik helemaal voor mezelf gaan werken. Dat doe ik nog steeds en dat gaat heel goed.”

Vanaf wanneer was dat?
A: “Dat was in 2009. Ik stond al ingeschreven vanaf 2007, dus naast mijn werk deed ik er soms wel eens een extra klusje naast.”

En nu werk je helemaal voor jezelf. Wie zijn jouw opdrachtgevers?
A: “Dat gaat alle kanten op, ik werk voor veel verschillende instanties. Voor scholen, bouwbedrijven, consultancybureaus, maar ook zzp’ers. Dat zijn dan eenmansbedrijven, maar dat vind ik ook leuk om te doen. Het is heel anders dan wanneer je voor een groot bedrijf iets moet maken. Op die manier krijg ik hele afwisselende opdrachten.”

Hoe kom je aan opdrachtgevers?
A: “Dat gaat meestal via-via. Je hebt een groot netwerk nodig, vertel gewoon aan iedereen wat je doet. Als mensen dat weten, onthouden ze je.”

Op je website zag ik dat je grafisch ontwerp, web design en fotografie doet. Wat vind je het leukst?
A: “Een combinatie van die drie. Web design is eigenlijk ook grafisch ontwerp. Het ontwerpen op zich is steeds hetzelfde, maar je moet als ontwerper bij elke discipline rekening moet houden met andere dingen. Bijvoorbeeld bij een website: hoe ziet die knop eruit als ik er met mijn muis overheen ga? Scrollen mensen wel omlaag bij deze lay-out of blijven ze op één pagina hangen? Daar hoef je bij een ontwerp van een boek niet over na te denken. Maar een combinatie van die drie dingen vind ik het leukst.”

Je kunt er nu wel je ei in kwijt?
A: “Zeker. Voor jezelf werken betekent voor mij dat ik continue als art director bezig ben. Ik bedenk de ideeën en ik besluit hoe het er uiteindelijk uit komt te zien. Het gaat natuurlijk altijd in samenspraak met de klant, maar er is nu geen baas meer die er tussen komt. Ik ben best wel eigenwijs, dus dat ligt mij niet.”

Zijn er ook minder leuke kanten aan voor jezelf werken?
A: “Zijn er minder leuke kanten… Nee, ik denk het niet.” (lachend) “Ik doe gewoon wat ik leuk vind! Dat is het voordeel. De minder leuke kant is misschien dat het soms best onzeker werk is. Dat heb je als zelfstandig ondernemer. Maar ik houd mezelf gewoon voor: er is geen zekerheid in het leven. Ook met een vaste baan kan het plotseling voorbij zijn, dat zie ik om me heen gebeuren. Mensen denken dan: ‘Ik heb een vaste baan, dus mij kunnen ze niks maken.’ Dat is natuurlijk niet waar. Dan kun je beter voor jezelf beginnen.”

Waar haal je echt voldoening uit?
A: “Als ik een opdracht maak en ik iets doe wat ik daarvoor nooit heb gedaan. Dat klinkt heel gek, maar dat probeer ik altijd. Ik wil iets maken waar ik trots op kan zijn. Ik kom wel eens iets op straat tegen wat ik dan zelf gemaakt heb; dat vind ik te gek. Je hebt echt een eindproduct in handen. Met websites is dat minder natuurlijk, maar dan kun je online weer laten zien wat je hebt gemaakt. Je moet zelf heel hard werken en je kunt zelf zorgen dat iets een succes wordt. En als dat dan lukt, maakt dat me heel gelukkig. ”

En hoe denken je ouders daar nu over?
A: “Ze vinden het allemaal prima. Als ouder wil je gewoon het beste voor je kind, dus waar het hen om gaat is dat ik rond kom en mezelf kan redden. Ik denk wel dat ze trots zijn. Wat mijn ouders van me vinden zal niet meespelen in de keuzes die ik maak, maar ik vind het wel belangrijk.”

Tot slot: heb je nog tips voor studenten en starters, zoals ik?
A: “Ja! Volg gewoon je hart. Pasgeleden had ik nog een vriend op bezoek en die gaf toe dat hij zijn werk totaal niet leuk vond. Hij deed het omdat hij er veel geld mee verdiende. Serieus, denk ik dan. Je leeft met een beetje geluk zeventig jaar en dan doe je daarvan veertig jaar iets wat je niet leuk vindt. Toen ik voor mezelf begon, dacht ik: ‘Dan maar arm, maar wel gelukkig.’ Ik doe wat ik zelf wil en wat ik leuk vindt. Daar haal je veel meer uit dan alleen geld. Eigenlijk moet je van je hobby gewoon je werk maken.” Linda Roos

Geef een reactie